Hittegolf? Toename hittegolven? What the heck??!!

De kranten bulken dezer dagen over een zinderende hittegolf waaronder onder meer België onder beukt. Maar mogen we nu reeds van een officiële hittegolf spreken?

Het KMI hanteert, net als het Nederlandse KNMI een eenvoudige definitie: er is sprake van een hittegolf als het in het referentiestation van beide landen (Ukkel en De Bilt) minstens vijf dagen na elkaar 25 graden of meer is, en drie daarvan moeten  minstens 30 graden aantonen op de thermometer. 

Wat is vandaag de situatie: op 30/6 werd het te Ukkel 28.9°, op 1/7 34.5 en op 2/7 29.9. Dus we mogen duidelijk nog niet spreken van een hittegolf. Tot op de dag van vandaag is er dus ook allerminst sprake van een 'zinderende' hittegolf, met amper 1 dag van ruim 30 graden. Wat te zeggen dan van de 2 hittegolven in 1976 om maar 1 voorbeeld te geven.

Soit, de kans is evenwel groot dat het uiteindelijk net wel tot een hittegolf zal komen want zowel vandaag als morgen zaterdag lijkt het kwik de 30° te gaan overschrijden te Ukkel. Daarna duurt de officiële hittegolf dus net zolang tot de 25° niet meer bereikt wordt en dat zal ergens volgende week het geval zijn.

Dan is er nog de min of meer aangekondigde historische kaap van 40° die zaterdag zou gehaald worden in de Kempen. Nu ja, uitsluiten mogen we niet want sommige modellen geven nog wel een graad of 37 à 38 daar, maar om daadwerkelijk 40° te halen moet in ons land echt alles perfect mee zitten. Iets te veel ochtendlijke wolkenvelden bijvoorbeeld en het is al om zeep. Voorlopig zijn zeker niet alle modellen overtuigd dat we zaterdag absolute warmterecords breken, de meeste zelfs niet. Een belangrijke reden daarvoor is dat een thermische vore zaterdag al vroeg door het land trekt en daarmee de wind ruimt naar west. Vanuit die hoek hoeven we uiteraard geen warmterecords te verwachten.

Afsluiten wil ik met de vreemde berichtgeving vandaag in Het Laatste Nieuws. Dit artikel is mede opgesteld op basis van uitspraken van Jill Peeters , die de mosterd op haar beurt haalt bij een andere bron (zie artikel). In dit artikel gebruikt men om te beginnen een definitie van hittegolf die verschilt van de onze. Wie het oorspronkelijke artikel leest begrijpt dat dit is om te kunnen vergelijken tussen de diverse landen in Europa. Maar uiteraard is daarmee meteen de inhoud van het artikel misleiden. Men acht de kans, kort samengevat, groot dat hittegolven (volgens hun maatstaven!!!) 3 tot 4 keer meer zullen voorkomen door de klimaatverandering dan pakweg 100 jaar geleden. Meer nog, dit is geen voorspelling, dit is de realiteit en is nu reeds het geval...

Wat er ook van zij, het lijkt me vreemd. Temeer op basis van onze hittegolf definitie deze trend niet echt vastte stellen is! Hieronder is een overzicht gegeven op basis van de KMI gegevens per decade (meerdere hittegolven in 1 jaar worden apart gerekend!):

1900-10 : 0
1911-20 : 2 
1921-30 : 5
1931-40 : 3
1941-50 : 8
1951-60 : 3
1961-70 : 0 
1971-80 : 2
1981-90 : 1
1991-2000 : 5
2001-2010 : 5
2011-2020 : 2 (indien de huidige een feit wordt, anders 1!)

Nog anders gezegd voor de periode 1900-1999: voor 1950 waren er 18 hittegolven, na 1950 15 !! Voor de gein kunnen we ook het aantal dagen hittegolf tellen voor beide intervallen, en dan komen we voor 1950 aan 175 hittegolf dagen en na 1950 aan 152 hittegolfdagen!!

Het moge duidelijk zijn dat deze reeks in tegenspraak is met wat het artikel in de kwaliteitskrant HLN en diens bronnen suggereren. Wat er ook van zei, op zijn minst toont dit aan hoe gevoelig dergelijke trends zijn tov de gebruikte definitie! Wanneer we dus de officiële KMI/KNMI definities gebruiken, dan is er op het eerste zicht weinig aan de hand. Van een extreme toename van de hittegolven zoals we ze hebben beschreven is alleszins geen sprake voorlopig.